Het thema water staat centraal dit jaar. Een goede aanleiding om in de rubriek 'Aanzienlijke Huizen' ditmaal de schijnwerper te richten op de Watertoren van Den Bosch, sinds enige maanden het huis van het Jong Kunstenaarscollectief post, eerder een gewaardeerd onderdak voor randgroepjongeren. De markante watertoren van Den Bosch, als zodanig in 1887 in gebruik genomen en sinds 1974 op non actief, verheft zich als een soort stadswachter aan het begin van het Hinthamereinde, pal achter de vroegere vestingsmuren. In zijn opvallende verschijning voldoet het monumentale bouwwerk niet bepaald aan het klassieke beeld van een watertoren. ‘Het lijkt meer een toren (met kantelen) van een middeleeuwse stad’, vindt bouwhistoricus Harry Boekwijt van de gemeentelijke dienst Bouwhistorie, Archeologie en Monumenten (BAM). ‘Het architectonisch aanzien van zo’n beeldbepalend gebouw was voor de ontwerpers erg belangrijk, want: zo’n bouwwerk werd vaak gezien als prestige-object. Het lijkt wel of het gebouw de stoerheid van de oude stad ’s-Hertogenbosch moest uitstralen.’ De architect van deze stoere poortwachter heet Jan Kalff, maar omdat er in die tijd verschillende ontwerpers e.a. waren met die naam, bestaat bij bepaalde bouwwerken onduidelijkheid over de vraag om welke Jan Kalff het precies gaat. Volgens Harry Boekwijt is de Jan Kalff van de Bossche watertoren een vroegere hoofdingenieur van de Staatsspoorwegen. | 55 |
VlakbodemDe watertoren van Den Bosch is er een van het zogeheten vlakbodem-type. In het gebouw bevinden zich twee identieke rechthoekige vlakbodem-reservoirs van geklonken plaatijzer met een gezamenlijke capaciteit van 400 kubieke meter. (Ter oriëntatie: het gemiddelde van vergelijkbare watertoren-reservoirs omvat 450 kubieke meter).De eerste watertorens in ons land, dikwijls ook met ronde of trechtervormige reservoirs, stammen uit de jaren 1830-1840. Aanvankelijk waren de waterreservoirs bestemd voor de watervoorziening van stoomlocomotieven. Pas vanaf het midden van de negentiende eeuw werden watertorens gebouwd voor de drinkwatervoorziening. En dat was nodig ook, want, vertelt Harry Boekwijt over ’s-Hertogenbosch, de kwaliteit van het oppervlaktewater – met name de Binnendieze die immers als open riool werd gebruikt – was slecht. En grondwater dat werd opgepompt was door de aanwezigheid van het grote aantal beerputten in de stad eveneens sterk vervuild. ‘Het is dan ook niet verwonderlijk dat al in de achttiende eeuw tal van huizen van de beter gesitueerde burgerij waren voorzien van regenwaterkelders, die waren aangesloten op de dakgoot.’ Voor de drinkwatervoorziening in Den Bosch werd het water opgepompt onder de zandgronden bij Nuland, waar de waterleidingmaatschappij Brabant Water nog altijd een station heeft. ‘De reservoirs waren bedoeld als buffervoorraad, waarbij de hoogte van de reservoirs voor de benodigde druk zorgde.’ ‘In eerste aanleg kreeg Den Bosch een waterleidingnet met een aantal gemeenschappelijke tappunten, waar men gratis water kon halen. Maar vanaf 1887 konden de Bossche burgers zich aanmelden voor een aansluiting op het waternet. Waarvan door de rijkere Bosschenaren dankbaar gebruik werd gemaakt. Telde het waterleidingnet van Den Bosch in 1887 nog maar 32 aansluitingen, een jaar later waren dat er al 462’, aldus Boekwijt.1 | 56 |
‘In de exploitatie bleef men echter rekening houden met gratis waterverstrekking voor minder draagkrachtige burgers die zich geen aansluiting op het waterleidingnet konden veroorloven en aangewezen bleven op de gemeenschappelijke tappunten. Het gratis waterverbruik was echter beperkt tot veertig liter per dag. Maar daar ging men, omdat het gratis was, ver overheen. Toen het stadsbestuur watermeters ging aanbrengen, was dat gauw afgelopen…’StandleidingenHoewel de ingebruikname van het waterleidingnet in 1887 was, vermeldt het kleurige tegeltableau met onder andere het Bossche stadswapen met de wildemannen, dat de boog boven de twee toegangsdeuren siert, het jaartal 1885. ‘Klopt’, zegt Harry Boekwijt, ‘toen was het gebouw klaar, maar de inrichting ervan duurde tot 1887’. Dat wordt ook bevestigd door het jaartal op een van de oude standleidingen die nog in het gebouw aanwezig zijn: 1886.In voor- en achtergevel van de massieve bakstenen toren bevinden zich, van onder naar boven, twee boogramen, twee halve-boogvensters, nog weer twee boogvensters en een rond bovenlicht; in de zijgevels zitten alleen twee boogvensters en het ronde bovenraam zoals men die ook voor en achter op gelijke hoogte aan de bovenzijde ziet. Binnen was vroeger niet veel te zien. Tussen de begane grond en de reservoirs boven in de toren was slechts één tussenvloer. Hier bevonden zich de technische voorzieningen. Maar er waren ook veel ‘loze ruimten die in de loop der jaren volgepleurd zijn met tussenvloeren’. Zodoende telt de watertoren tegenwoordig zes verdiepingen en dat komt de Atelierbeheersstichting ’s-Hertogenbosch, op zoek naar zoveel en zo goedkoop mogelijke werkruimte voor jonge kunstenaars natuurlijk goed uit. Naast het Jong Kunstenaarscollectief POST maakt ook de Bossche Kunstacademie er gebruik van, zo blijkt uit een kleine rondleiding door de coördinator van genoemde stichting, Jan Moerbeek. Gebroederlijk maken Kunstacademie en post samen gebruik van de benedenverdieping, die deels expositieruimte, deels verkoopruimte is. Op de eerste verdieping bevindt zich de Galerie van de Kunstacademie, op de daarboven gelegen etages zijn atelierruimten voor POST en een paar zelfstandige kunstenaars. De vijfde verdieping, ‘de allermooiste wat grootte en licht betreft’ stelt Jan Moerbeek terecht vast, mag echter niet gebruikt worden van de brandweer, omdat een goede vluchtmogelijkheid ontbreekt. Maar verder wordt elke ruimte optimaal benut, tot de keuken en de toiletten aan toe, want die zijn tegelijk expositieruimte. AuthentiekDaarom betreurt Jan Moerbeek het eens te meer dat ‘de bovenste bak’ leeg moet blijven. Want niet alleen is deze verdieping zonder tussenwand groot en licht, en dus een ideale expositieruimte, maar bovendien oogt ze nog zeer authentiek. Die indruk wordt nog eens onderstreept door de oude standleidingen, die hier zitten: een enorme ‘leegloopleiding’, een ‘afsluiter hoge-druk’ en een ‘afsluiter stadstoevoer’, elk met een doorsnee van een halve meter of daaromtrent. De originele ‘naamkaartjes’ zitten er nog op. Daarboven bevinden zich de reservoirs, uiteraard ook authentiek.Behalve de wenteltrap die de eerste vier verdiepingen aan elkaar knoopt, bevindt zich aan de voorkant van het gebouw het afgescheiden, letterlijk torenhoge trapportaal met daarin de oorspronkelijke houten, thans ‘noodtrap’, die tot de vijfde verdieping reikt. De Nederlandse Watertorenstichting is best wel blij met de herbestemming die de Bossche kolos heeft | 57 |
gekregen, weet Harry Boekwijt. ‘Want het is altijd een beetje het probleem wat je met een dergelijk, onhandelbaar gebouw moet doen.’ Ook zelf acht de Bossche bouwhistoricus de nieuwe bestemming ‘op zich een goede functie’; van de kant van de gemeente zou men eigenlijk ‘een iets openbaardere, toegankelijker functie’ willen zien, gelet ook op ‘de gunstige locatie met een mooie uitkijk over de stad’. ‘Maar om zo’n gebouw toegankelijker te maken zijn bepaalde voorzieningen nodig. En gezien de status van het gebouw als monument zijn de mogelijkheden daartoe beperkt.’ Vooralsnog prijst JanMoerbeek zich gelukkig met de huidige bestemming van de watertoren.Waar het de bedoeling van de Atelierbeheersstichting ’s-Hertogenbosch is om jonge kunstenaars in de stad te houden, heeft hij een bruikbaar instrument tot zijn beschikking gekregen. En hij onderstreept: ‘Het zijn allemaal jongeren die hier werken. Er zijn er zelfs bij die nog op de Kunstacademie zitten.’ | 58 |
Noten | |
1. | 's-Hertogenbosch was erg laat met de ontwikkeling en aanleg van openbare voorzieningen. De stad bleef ver achter bij andere steden in ons land. Niet voor niets was het sterftecijfer buitensporig hoog. Van de 5654 woningen in de oude binnenstad waren er in 1906 maar liefst 774 die geen enkele drinkwatervoorziening hadden. 1391 waren gemeenschappelijk van drinkwater voorzien door 210 gemeentelijke tapkranen en 153 gemeentelijke pompen. 237 woningen waren voorzien van drinkwater, maar voldeden niet aan de voorschriften. Tenslotte waren er 3252 woningen die volgens de bouwvoorschriften van drinkwater waren voorzien. (Zie o.m. P. van Ginneken, 'Opkomst van de zorg voor de volksgezondheid en de volkshuisvesting', in: H. van den Eerenbeemt en L. Pirenne, 's-Hertogenbosch op de drempel van de nieuwe tijd, Nijmegen 1960) |
architect: J. Kalff
De watertoren is ruim dertig meter hoog en voorzien van twee ijzeren reservoirs met een totale capaciteit van 360 m3. Het gesloten karakter van de toren wordt nog versterkt door de rustica hoekblokken. Door de kantelen lijkt het gebouw op een middeleeuwse versterkte toren. |
Boven de toegangsdeuren van de oude watertoren aan het Hinthamereinde staat in tegeltableau het wapen van de gemeente 's-Hertogenbosch. Verder staat er ook het jaartal 1885. In vroeger eeuwen moesten de Bosschenaren alle water, ook het drinkwater, uit putten en pompen halen of ook wel uit het oppervlaktewater. Dat de hygiëne hierbij te wensen overliet laat zich raden. Pas in de vorige eeuw kwam men aarzelend tot de aanleg van waterleidingen. De eerste van ons land was de Amsterdamsche Duinwaterleiding die in 1853 werd aangelegd. Het geld hiervoor moest van particulieren komen. Toen er in 1866 veel doden waren gevallen ten gevolge van een cholera-epidemie (in 's-Hertogenbosch werden 541 personen aangetast, van wie er 299 overleden) werd er een staatscommissie ingesteld, die de drinkwatervoorziening moest onderzoeken. Meer dan het geven van de aanbeveling een waterleiding aan te leggen voor gemeenten met meer dan 35.000 ŕ 40.000 inwoners kon deze commissie niet doen. Pas langzamerhand kwam de aanleg van waterleidingen op gang. 's-Hertogenbosch was daarbij niet eens zo erg laat.
In 1882 vroeg het Bossche stadsbestuur advies aan de stedelijke gezondheidscommissie over het tot stand brengen van een waterleiding met oplevering van goed drinkwater. Vanzelfsprekend antwoordde de commissie positief. Door de totstandkoming van een goede waterleiding zou het sterftecijfer van de stad dalen.
De zorg voor zuiver drinkwater kreeg in de jaren 1883-1884 een nader accent door de dreiging van een nieuwe cholera-epidemie. De gemeenteraad van 's-Hertogenbosch besloot in 1885 tot de aanleg van een drinkwaterleiding. Dit besluit werd door de gezondheidscommissie 'de belangrijkste beslissing van het jaar 1885' genoemd.
Het grondwater van de heidegronden van Helvoirt, Cromvoirt, Vught, Sint-Michielsgestel, Rosmalen en Nuland werd onderzocht. De laatste bleek de beste kwaliteit drinkwater op te leveren. Bestekken en voorwaarden voor aanbesteding werden gemaakt voor de watertoren aan het Hinthamereinde, de pompinrichting op de hei tussen Nuland en Rosmalen, alsmede stoomwerktuigen voor de gemeentelijke hogedrukwaterleiding. In 1887 zou de aanleg van de waterleiding geheel klaar moeten zijn.
Zoals in de meeste steden werd ook in 's-Hertogenbosch een watertoren gebouwd. De toenmalige directeur van de gemeentewerken, J. Kalff, was de architect. De Bossche watertoren heeft door de zware hoeksteunberen en de kantelen het karakter van een burcht. Omdat de toren gelegen was in de directe nabijheid van de stadsmuren, had men voor die uiterlijke vorm gekozen, honderd jaar geleden.
|
InleidingDe watertoren met vierkante waterreservoirs van het vlakbodemtype is in 1885 gebouwd in Eclectische bouwstijl naar ontwerp van de architect J. Kalff. Hij is gelegen aan de rivier de Aa, op de rand van het toenmalige centrum van de stad, op de plaats waar tot de negentiende eeuw de stadsomwalling lag. Hij vervult niet meer zijn oorspronkelijke funktie maar is nu in gebruik als ontmoetingsruimte in de sociale hulpverlening.OmschrijvingDe 33 meter hoge bakstenen watertoren is gebouwd op vierkant grondplan en heeft een plat dak met kantelen. De toren heeft een hardstenen plint en vier geledingen, die van elkaar worden gescheiden door hardstenen waterlijsten. De gemetselde hoekpilasters zijn in de eerste geleding voorzien van hardstenen blokken. Aan de noord- en de zuidzijde leiden hardstenen trappen naar gepaarde houten toegangsdeuren met smeedijzeren beslag. Aan de noordzijde hebben de toegangsdeuren een rondboog bovenlicht met radiaalverdeling. Zij bevinden zich in een rondboognis met zandstenen aanzet-, tussen- en sluitstenen. In de boogtrommel is een lavaschildering aangebracht met het Bossche wapen met twee wilde mannen en het bouwjaar 1885, gesigneerd en gedateerd: "LAVEE EMAILLEE MR. GILLET PARIS 1887". Aan de zuidzijde bevinden de toegangsdeuren zich in eenzelfde rondboognis en hebben zij elk een vernieuwd halfrond bovenlicht. In de tweede geleding is in de noord- en zuidgevel eenzelfde rondboognis aangebracht met zandstenen aanzet-, tussen- en sluitstenen. Binnen de gevelnis is op de eerste verdieping een gepaard rondboogvenster met ijzeren raam met roedenverdeling aangebracht, een rondboogvenster met zandstenen sluitstenen en in de boogtrommel twee halfrondboogvormige ramen met ijzeren roedenverdeling, van elkaar gescheiden door een hardstenen zuiltje met bladkapiteel. Uit de muren steken gekrulde sierankers. In de derde geleding zijn in elke gevel twee rondboogvensters geplaatst met zandstenen sluitsteen. In de vierde geleding heeft elke gevel een rond raam met zandstenen aanzet- en sluitstenen.De indeling van het interieur heeft enige wijzigingen ondergaan in verband met de nieuwe functie: op de eerste verdieping is een nieuwe vloer geplaatst en op de tweede en derde verdieping zijn wanden geplaatst. De troggewelven op de verdiepingen zijn nog aanwezig, evenals het trappenhuis aan de noordzijde. Op de vierde verdieping zijn nog de houten raamluiken aanwezig alsook de zware ijzeren vloerbalken van de bovenste verdieping. Op de bovenverdieping bevindt zich een tweetal vierkante vlakbodemreservoirs van plaatijzer met geklonken verbindingen en trekstangen. Elk heeft een inhoud van 180 m3. De standpijp, die van de begane grond naar de bovenste verdieping loopt, loopt midden door alle verdiepingen heen. Ook is nog een belangrijk deel van het buizenstels aanwezig. WaarderingDe watertoren met vierkante waterreservoirs van het vlakbodemtype is van algemeen belang. Hij heeft cultuurhistorische waarde als illustratieve vertegenwoordiger van een historisch waterdistributiesysteem. Hij heeft architectuurhistorische waarde als goed voorbeeld van Eclecticisme en als kenmerkend voorbeeld van het oeuvre van de architect. Hij heeft bouwhistorische waarde vanwege de typerende waterreservoirs. Hij heeft ensemblewaarde vanwege de markante plaats in de stad en in het silhouet van de stad. Hij is gaaf behouden en bijzonder zeldzaam vanwege de vierkante vlakbodemreservoirs en als watertoren in Eclecticistische bouwstijl. |
Het imposante donjon-achtige gebouw pal naast de plaats waar voorheen de Hinthamerpoort stond, lijkt duidelijk een relatie te hebben met de vestingwerken. Schijn bedriegt. Het is de watertoren die architect Kalff hier met gevoel voor historie heeft neergezet. Het gebouw is aan de bovenzijde zelfs bekrrond met kantelen! De toren werd gebouwd naar aanleiding van de cholera epidemie van 1866. In dat jaar stierven er 299 Bosschenaren aan de 'blauwe dood'. Toch begon men pas in 1885 met de aanleg van een waterleidingsysteem, mogelijk gemaakt door de technische vooruitgang. Het drinkwater werd indertijd nog betrokken uit putten of open water. De toren, nodig voor het leveren van de waterdruk, was klaar in 1885. Het waterleidingsysteem kwam in 1887 in bedrijf. Sinds 1974 wordt de waterdruk door pompen verzorgd en is de toren buiten bedrijf gesteld. | 79 |
1977 |
Ontwerp -aanvullende - monumentenlijstBakstenen toren met verzwaarde hoeken onderverdieping met gebosseerd natuur- en baksteen werk, twee gevels met twee ingangsdeuren met rondbogen in een rond boogveld met geschilderd stadwapen en bouwjaar, ornamenten met een tweede rondboogveld waarin twee rondboog ramen en een half rond raam, erboven.In het bovengedeelte van de toren in alle gevels twee boogramen en een rond raam. De verdiepingen worden gemarkeerd door horizontale natuurstenen banden. Alle bogen voorzien van natuurstenen aanzet-, tussen- en sluitstenen. De toren wordt aan de bovenkant afgesloten door een uitkragend boogfries rustend op nat. stenen kraagstenen, met kantelen en hangtorentjes op de hoeken. Inwendig is de toren nog geheel in orginele staat. Fraai bouwwerk van belang uit oogpunt van oudheidkundige en volkskundige waarde (molens, boerderijen etc.).
Gemeente 's-Hertogenbosch 1977
|
1885 |
Naar een ontwerp van architect J. Kalff gebouwd in 1885. Bron: Architectuurgids 's-Hertogenbosch |
2010 |
WatertorenHinthamereinde 73Omdat in de 19e eeuw de kwaliteit van het water uiterst slecht was, werd in 1885 de Watertoren gebouwd als onderdeel van een waterleidingnetwerk, waarbij het drinkwater afkomstig was uit het grondwater rond Nuland. Het kloeke gebouw met kantelen lijkt eerder een verdedigingstoren. Oorspronkelijk telde de toren twee tussenverdiepingen, waarvan er één zich onder de rechthoekige, in geklonken plaatstaal vervaardigde vlakbodemreservoirs bevindt. Dat was de inspectievloer.In de loop der tijd zijn er verschillende extra vloeren ingebouwd. De Watertoren heeft als zodanig gefunctioneerd tot 1974. Momenteel is hij in gebruik als atelierruimte voor jonge kunstenaars.
Magazine Open Monumentendag (2010) 29
|
|
2015 |
WatertorenOmdat in de 19e eeuw de kwaliteit van het drinkwater uiterst slecht was, werd in 1885 de watertoren gebouwd als onderdeel van een waterleidingnetwerk. Het water was afkomstig uit het grondwater nabij het dorp Nuland. Het kloeke gebouw met kantelen, ontworpen door J. Kalf, lijkt eerder een verdedigingstoren. Oorspronkelijk telde de watertoren twee tussenverdiepingen. Één daarvan, de inspectievloer, bevind zich onder de rechthoekige, uit geklonken plaatstaal vervaardigde vlakbodemreservoirs. In de loop der tijd zijn er diverse extra vloeren in gebouwd. De watertoren heeft als zodanig gefunctioneerd tot 1974. In 2013 is de watertoren gerestaureerd en verbouwd en doet dienst als huisvesting voor bedrijven. Hierbij zijn de markante natuurstenen en smeedijzeren hoekornamenten op de toren gereconstrueerd, waardoor het monumentale gebouw weer van verre het stadsgezicht siert.
Magazine Open Monumentendag (2015) 28
|
2011 |
Verkoop WatertorenIn een brief informeert het college de raad over de verkoop van de Watertoren aan de Nationale Maatschappij tot Behoud, Ontwikkeling en Exploitatie van Industrieel Erfgoed bv.
B&W Besluitenlijst dinsdag 22 maart 2011
|
1928 | Watertoren |
R.J.P.M. (René) Vroomen Wapens in 's-Hertogenbosch, Kring Vrienden van 's-Hertogenbosch (2021) 35